Na aankomst in mijn hostel in Iquitos vertrek ik na het dumpen van mijn spullen meteen om wat te gaan eten.
Ik kom aan bij het eerste de beste restaurant en ga zitten. Carlos en Cesar, twee Peruviaanse mannen wuiven naar me en vragen of ik bij hen kom zitten. Ik sluit aan. Vol interesse vragen ze waar ik vandaan kom en waarom ik hier ben.
Ik bestel wat eten, hun bestellen nog een biertje. Al snel word ik gevraagd of ik plannen heb voor de avond en of ik met de heren en hun familie mee wilde eten voor kerstavond. De heren lijken betrouwbaar dus ik ga akkoord.
Na het eten en heel wat biertjes verder ga ik mee met de motortaxi naar het huis van Cesar. Een rit van 30 minuten.
Cesars huis was niet meer dan een paar op elkaar gestapelde bakstenen, een golfplaten dak, de wc in dezelfde ruimte afgeschermd met wat dekzijl gespannen over een paar waslijnen. Over een riool of stromend water maar te spreken. Maar, ik mag niet klagen en ben dankbaar voor de uitnodiging.
‘Het gaat niet om het geld, we delen alles!’
De stemming is goed. Overal op straat is muziek en word vuurwerk afgestoken. Blije, dansende mensen en alcohol in overvloed. Het belooft een lange nacht te worden.
Ik loop met Carlos en Cesar naar de supermarkt aan de overkant om wat drank te halen en bied aan dit op mijn rekening te nemen. De heren zijn me dankbaar, maar hebben wel wat verzoekjes. Twee sixpacks bier, een fles rum, cola en water graag. Daarnaast nog 150 soles voor de kip. Ze hebben per slot van rekening een extra gast en hebben weinig geld dus of ik even wat geld kan inleggen.
‘Het gaat niet om het geld, we delen alles!’, zegt Carlos.

Er valt een stilte. ‘Jullie nodigen me uit om te komen eten. Volgens mij is het niet de bedoeling jullie kerstdiner te betalen en er ook nog eens op te verdienen!’, zeg ik. En ik denk erover de boel de boel te laten en te vertrekken.
Na een lange discussie ga ik uiteindelijk akkoord en leg de 150 soles neer. Maar dan wél in ruil voor de ketting die hij eerder wilde verkopen en de vereiste dat van het geld de twee sixpacks, de rum EN de kip word gekocht.
We lopen de winkel uit met één sixpack. Er is geen geld voor een tweede zegt Carlos. We lopen terug naar huis.
We waren amper thuis of Cesar vertrekt weer. Nog geïrriteerd betreft het supermarktincident ga ik buiten zitten op het bordes naast oma. Ze geeft me een stuk van de kerststol om de honden te voeren. De kinderen zitten met vuur en rotjes te spelen op het voetbalveldje. Op de achtergrond klinkt salsa uit de krakende speakers.
Na 20 minuten komt Cesar terug met twee springlevende kippen onder zijn armen en vraagt me mee naar de keuken. Hij houdt de kippen op zijn kop, draait hun de nek om en vraagt me een touw om de poten te binden. Van verbazing wat er zojuist is gebeurd staar ik naar de levenloze kippen die nog stuiptrekkend aan de houten planken hangen. Dit is dus ons kerstdiner.
Cesar trekt zijn shirt uit en pakt het zoveelste biertje. Zijn vrouw heeft in de tussentijd twee grote bakken gevuld met kokend water en legt de kippen erin.

‘Help je mee?’, vraagt Cesar. Hij kijkt naar kippen, gaat gehurkt op zijn knieën en begint de kippen te plukken.
Ik kom naast hem zitten en ga hem helpen. Even later komt de rest van de familie. Ik word netjes aan iedereen voorgesteld en net als Carlos en Cesar zijn ze allemaal nieuwsgierig naar me.
Ieder glas blijft constant gevuld en de heren zorgen ervoor dat iedereen zich vermaakt.
Wanneer na een paar uur gedans, gefeest, gezweet en heel veel bier later alleen nog de harde kern van de familie over is, komt eindelijk de kip op tafel.
Iedereen is trots en blij voor de geslaagde avond en dat ze dit samen met elkaar mogen vieren. Wanneer Cesars vrouw voor elk een stuk van de kip afsnijdt en op hun bord legt, begint ieder gretig met huid en haar de kip af te kluiven.
‘Dank je wel dat je dit mogelijk hebt kunnen maken’, zegt Carlos tegen mij.
En Cesar doet nog een ketting om mijn nek als blijk van waardering.
‘Deze brengt je geluk!’
De klok slaat 12 en iedereen geeft me een knuffel. Ik sta daar met Carlos, Cesar, zijn vrouw, oma en de kinderen om me heen. Als een moeder gans die met haar vleugels haar kroost beschermd, twee koppen groter dan de rest.
‘Feliz navidad!’
Het heeft me wat duiten gekost, maar mijn kerstavond was onbetaalbaar.